vrijdag 5 november 2010

Dag 33: over transparantie en vertrouwen

Een van de wonderlijke dingen van deze campagne is dat ik overal kan binnenwandelen, mensen het hemd van het lijf vraag, foto’s neem en een filmpje schiet. Kennelijk vertrouwt iedereen er maar op dat ik het goed met ze voor heb, want niemand vraagt mij tot op heden of ze vooraf mijn teksten mogen zien. En dat vertrouwen dat mij geschonken is, wil ik op mijn beurt ook niet beschamen. Voor het bedrijf Eosta, groothandel in biologische en Fairtrade groenten en fruit, is het logisch. “Met de mogelijkheden van internet ligt alle informatie sowieso op straat, dat moet je helemaal niet willen controleren”, zegt Michael Wilde, marketingmanager van Eosta. “Bovendien willen wij volkomen transparant zijn, naar klanten en leveranciers toe. Wij hebben helemaal niets te verbergen.” Die transparantie is inderdaad het eerste dat mij opvalt bij binnenkomst. In een grote open ruimte wordt in wel vijf talen door elkaar druk getelefoneerd met telers en supermarkten overal ter wereld. De erboven gelegen verdieping, waar directie, marketing en nog wat lange termijn strategen huizen, heeft een open verbinding met de benedenverdieping. Er zijn alleen wat glazen wanden die, indien gewenst, voor de nodige privacy kunnen zorgen.



Transparant is vooral ook de bedrijfsvoering van deze marktleider. Met een code-systeem dat op veel van hun producten is terug te vinden, Nature and More genaamd, kan je als consument inloggen op een database en precies te weten komen waar jouw product vandaan komt en hoe de teler scoort op diverse onderdelen van duurzaamheid. Ook daarin wil Eosta zo helder mogelijk zijn: duurzaamheid is niet onder één noemer te vangen. Daarom kozen ze voor het label Nature & More, een systeem waarin de verschillende aspecten van duurzaamheid apart worden beschreven. Als teler kun je scoren op energieverbruik, op biodiversiteit, op diervriendelijkheid, op waterverbruik, bodemleven of lucht. In het hart van de Sustainability Flower kreten als vrijheid, rechtvaardigheid en solidariteit. “We ontdekten dat consumenten allemaal op verschillende onderdelen van duurzaamheid letten”, vertelt directeur Volkert Engelsman. “De mensen die vooral op dierenwelzijn letten, hebben weer minder op met energiegebruik van productie bijvoorbeeld. Met dit systeem kunnen we al die groepen bedienen.”


Een rondgang door het bedrijf toont grote ladingen groenten en fruit die van telers overal ter wereld worden getransporteerd naar supermarkten in Europa. Zo liggen er tomaatjes klaar voor de Migros in Zwitserland en voor Ica in Zweden. Grote pallets met paprika’s wachten op transport naar Noorwegen en bergen pompoenen en aubergines verdwijnen richting Duitsland. Nederland is voor deze internationale speler van relatief klein belang. Eosta bevoorraadt een aantal natuurwinkels, C 1000 en Hoogvliet supermarkten. “In het buitenland hebben we veel meer kans om met een goed product voor een goede prijs zaken te doen”, zegt Wilde. “Wij kiezen vooral voor kwaliteit, voor korte transportlijnen, voor variëteit en onderscheidende producten. Zo bieden we bijvoorbeeld de gestreept aubergine, de tasty tiger, aan omdat die zich duidelijk onderscheidt van een gewone aubergine.”


Eosta let wel op de klimaataspecten van sommige producten en maakt daarom soms de keuze om kastomaten uit het ene land te vervangen door producten die op volle grond in het andere land geteeld zijn. Maar het klimaat alleen is geen reden om producten die van ver komen niet op de markt te brengen. “Wij geloven in eerlijke handel met mensen uit de derde wereld. Door met telers samen te werken en te investeren in lokale gemeenschappen, kunnen we veel betekenen voor de sociale duurzaamheid in een land. Maar de consument moet de keus maken. Wij vertellen zoveel mogelijk wat er klopt aan het product en wat er eventueel nog niet klopt”.
En zo ben ik weer helemaal teruggeworpen op mijzelf. Ik heb maximaal vertrouwen in dit bedrijf en de telers waar ze zaken mee doen. Ze vertellen me alles wat er te vertellen is over het product. Maar ik ben aan zet. Nog nooit voelde ik zo duidelijk de macht die ik als consument heb. Maar ook de verantwoordelijkheid. Met mijn keuzes kan ik het leven van een familie in Ghana positief beïnvloeden. Of het energieverbruik van de productie omhoog stuwen. Wat zegt mijn geweten? Ik geloof dat vooral ik heel transparant zijn. En toegeven dat er in mijn keuzes ook van alles nog niet klopt.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten