zondag 24 oktober 2010

Dag 21: waar gaat het nu echt over?

foto: Hanna Schösler
Ik ben over de helft. Drie weken ‘duurzaam eten’ heb ik er nu op zitten, het wordt tijd voor wat reflectie. Het vreemde is dat ik de letterlijke term ‘duurzaam’ in mijn zoektocht in deze drie weken minder relevant ben gaan vinden. Ik heb het idee dat voedsel in zichzelf niet duurzaam of onduurzaam is. Het is eerlijk of niet. Herkenbaar of niet. Smaakvol of niet. Het komt uit de streek of niet; uit het seizoen of niet. Het kan wel minder of meer duurzaam geproduceerd zijn. En veel producenten gebruiken dan labels als Fairtrade of biologisch om zichzelf op de markt herkenbaar te kunnen profileren. Maar de duurzaamheid van een product wordt door onnoemelijk veel factoren bepaald (dierenwelzijn, of het van ver komt of niet, hoeveel energie of water er bij de productie te pas is gekomen). En de duurzaamheid van jouw keuzes als consument hangen weer samen met de hoeveelheid die je ergens van gebruikt (vlees en zuivel bijvoorbeeld). Of je er veel van weggooit. En of jij zelf bijvoorbeeld een heleboel kilometers gaat rijden om aan een duurzaam product te komen. 



foto: Hanna Schösler
Ik praatte over duurzaam consumeren met Hanna Schösler, bezig met haar promotieonderzoek naar duurzaamheid en voedsel aan de Vrije Universiteit in Amsterdam. En lid van het consumentenplatform van het ministerie van LNV. Ze is onder andere aan het bestuderen welke kansen er zijn om vleesvervangers op de markt te zetten, gerelateerd aan typen consumenten in Nederland. Hoewel het nog wat vroeg is voor conclusies, heeft Hanna het idee dat maximaal de helft van de consumenten bij voedsel nog denkt aan een zekere band met de natuur. En een minstens zo grote groep dus helemaal niet. Die ziet eten vooral als brandstof. Het moet gemakkelijk zijn en gezond, maar vooral niet te veel gedoe opleveren.


foto; Hanna Schösler
Zelf nam ze ook de proef op de som. Ze ging een maand lang duurzaam eten en zette alles wat ze at op de foto. Steeds vanuit hetzelfde perspectief op haar keukentafel gefotografeerd. Het geheel leverde een fascinerend schouwspel op. Kleurige beelden van borden met voedsel. Met brood, vis, groenten, rijst. Met yoghurt met muesli en met tussendoortjes. Aangezien Hanna ze zelf nooit heeft gepubliceerd, doe ik dat graag voor haar. Beelden zeggen soms meer dan woorden. “In Nederland is er niet zo’n sterke voedselcultuur”, zegt de van oorsprong Duitse Hanna. “Wij vinden veel eten lekker als het maar gezellig is. Ik heb zelf gemerkt dat ik door duurzaam te eten, veel goedkoper uit ben. Ik haal bijna alles op de markt. Voedsel is voor mij duurzaam als je kunt herkennen wat het is. Als het puur is, uit het seizoen komt en lokaal geproduceerd is. Voor mij is eten onze meest intieme band met de natuur. En die is voor heel veel mensen weg. Het zou fijn zijn als mensen weer betrokken raken met voedsel en er plezier aan gaan beleven.”


Na afloopt van ons gesprek stuurde Hanna me nog een lijstje met criteria die ze voor zichzelf hanteerde:


• Zo veel mogelijk lokaal en kleinschalig geproduceerd

• zo weinig mogelijk tijd tussen productie en consumptie, vooral voor de smaak

• lokaal en kleinschalig gevangen vis

• liefst biologisch, maar dat gaat vaak samen met het eerste criterium

• zo veel mogelijk voedsel kopen om zelf te bereiden en geen kant-en-klare producten.


Mijn overwegingen van de dag:
- sinds ik me niet meer volstop met allemaal onechte snacks, voel ik me veel meer voldaan. Voedsel dat ik met zorg uitzoek, klaarmaak en opeet bevredigt me oprecht meer dan een snelle makkelijke hap.
- ik ben niet zo'n aanhanger van eten dat super-ingewikkeld is of waar hele bijzondere ingredienten voor nodig zijn. De term 'eerlijk' dekt nog het meest de lading van waar ik van hou.
- ik vind het echt ingewikkeld worden als ik moet kiezen tussen fair trade of biologisch, zoals gisteren in de winkel bij rijst. Morgen praat ik erover met de organisotoren van de Fair Trade Restaurantweek. 

5 opmerkingen:

  1. Hallo Sandra,
    Eindelijk de plek gevonden waar ik wel op jou stukje(s) kan reageren.
    Ik las ze n.l. op de site van Vroege Vogels, kwam toen terecht op Linkedin en na nog wat gesneup vond ik eindelijk een reactiemogelijkheid.
    Deze reactie heeft in feite te maken met een ander al eerder geschreven stukje van jou, maar ik kon het niet meer terugvinden.
    Anyway.
    Je had het er over dat je niet wist wat je met de andere helft van een bloemkool moest doen, behalve weggooien (als je in je eentje woont zijn de resten nóg veel meer...!).
    Ik heb een recept zodat je er een (vind ik!) lekker broodbeleg van kunt maken (dit natuurlijk weer niet al te lang bewaren!):
    - de bloemkool net niet gaar stomen
    - fijnprakken
    - goed mengen en op smaak brengen met: dijonmosterd, halvanaise, nootmuskaat, zeezout of kruidenstrooisel van Herbamare en fijngehakte selderij (zelf vind ik vooral met selderijblád erg lekker).
    Dit smeersel smaakt vooral goed op een stevige en/of geroosterde boterham met of zonder boter.
    Om het nog gezonder en/of knapperiger te maken kun je er nog wat geraspte wordtel en/of alfafaspuiten over strooien.
    Het mengsel is zowel warm als koud lekker; mijn voorkeur gaat uit naar koud.
    Eet smakelijk
    -

    BeantwoordenVerwijderen
  2. Ja maar... Fair trade komt toch meestal van ver weg? Of zijn er voorbeelden van lokale Fair trade producten?
    In elk geval valt Fair trade voor mij om die reden meestal af (behalve koffie, chocolade en pindakaas, eerlijk is eerlijk - maar koffie en chocolade zijn inmiddels ook Fair trade én bio te krijgen, al moet je er goed naar zoeken).

    BeantwoordenVerwijderen
  3. Dank voor jullie reacties en recepten. Ik worstel ook met het fenomeen Fair Trade. Aangezien het Fair Trade week is duik ik daar nu maar eens even in.

    BeantwoordenVerwijderen
  4. Fair Trade is bedoeld om economie eerlijk te verdelen over de wereld (ik laat even in het midden of FT in die opzet slaagt). Dat heeft primair geen bal van doen met duurzaamheid, wanneer je dat ziet als een cyclus die we kunnen volhouden zonder iets uit te putten.
    Wanneer je koffie drinkt of chocolade eet en wilt blijven eten/drinken, valt 'foodmiles' als onderdeel van duurzaam af: het spul groeit hier niet.
    Mijn conclusie is dat FT - net als bio - weinig tot niets van doen heeft met duurzaamheid, maar wel alles met inlevend vermogen en will to please.

    BeantwoordenVerwijderen
  5. Persoonlijk denk ik dat er vele doelen zijn, die je kunt nastreven zoals fair trade, biologisch (met daarbinnen verschillende beweegredenen als dierenwelzijn en/of gezondheid en/of biodiversiteit etc..), tegengaan uitputting aarde ( waaronder het thema minimale voetafdruk) etc. Waarbij de diverse doelen elkaar vaak zullen tegenspreken (foodmiles versus fair trade bv.). Het is dus zaak om je eigen minimale randvoorwaarden te stellen en verder goed het gezond verstand blijven gebruiken en de ontwikkelingen te blijven volgen.
    Het is vooral zaak om goede voorlichting te geven/ontvangen, zodat de consument niet blind door blijft knabbelen, maar denkt het goed te doen omdat het bijvoorbeeld geen vlees is (maar het oh zo geprezen valess of kaas of biologisch). Daar wil ik dan weer niet mee zeggen dat er geen positieve kanten aan zitten aan die laatste 3 labels. Maar biologische paprika's in de winter zijn niet goed, valess heeft de voetafdruk van verschillende vleessoorten, kaas idem.
    Ander voorbeeld: als je doorredeneert over het thema minimale voetafdruk en ruimtebeslag wordt daarin meegenomen, dan is een woontoren van koeien de beste optie, toch is dat vanuit dierenwelzijn dan weer niet zo'n goede optie.
    Ander voorbeeld: biologisch groenteteelt kost in nederland net iets meer energie dan gangbaar. In ontwikkelingslanden is dat weer andersom.
    Soms heeft van ver minder energie per kg gekost dan uit de kas in Nederland.

    Fijn he Sandra, deze zoektocht?!

    BeantwoordenVerwijderen