maandag 18 oktober 2010

Dag 15: over echt eten en de markt

Wat is echt eten? Om dat te kunnen proeven moet je misschien zelf ook wel een beetje echt zijn. In ieder geval moet je je kunnen verwonderen over verse producten die zo van het land komen. Over vruchten die aan een boom hangen die rauw niet te pruimen zijn, maar waar je de geweldigste geleien van kunt maken. Over taartjes die iemand met liefde in haar keuken voor jou heeft staan maken of bijzondere thee die weer een ander in grote rustieke kannen speciaal voor jou heeft gezet. Niet om aan te verdienen, maar gewoon omdat hij of zij de rijkdom van voedsel wil delen met jou. Dit soort mensen en dit soort eten trof ik gisteren op de “Underground Boerenmarkt” in Amsterdam. De markt was letterlijk ‘underground’ want we bevonden ons onder de weg vlakbij het Muziekgebouw aan het IJ in een soort van kunsthal.

Georganiseerd door Foodtrendwatcher Marjan Ippel (@talkinfood) en bezocht door heel veel liefhebbers van lekker eten. Er was in die zin weinig onderscheid tussen de mensen die achter de kraampjes stonden en de mensen die zich daar vóór verzamelden om de heerlijkste wijn, kaas, gelei of soep te proeven. Geen topkoks, geen chique merken. Gewoon eerlijk eten uit eigen keuken en soms uit eigen tuin.


Gek eigenlijk, dat dit underground moet. Kennelijk hebben we ons land zo dicht getimmerd met allemaal regeltjes over hygiëne, versheid en wat al niet meer, dat we bang zijn geworden voor eten dat niet verpakt, gelikt en gelabeld wordt verkocht. Waar geen groot handelshuis achter zit of dat geen stempel heeft van de Keuringsdienst van Waren. Het systeem dat ons ooit moest beschermen tegen malafide handelaren of ziekten, keert zich nu tegen ons. We eten het liefst alleen nog voedsel dat de supermarkt voor ons heeft uitgekozen, dertig keer gecontroleerd is en hebben geen idee meer wat er allemaal nog meer te krijgen is. Gemeenten durven voor dit soort markten ook geen vergunning af te geven, uit angst dat ze aansprakelijk zijn als er iemand onverhoopt ziek zou worden van eten dat daar vandaan komt.


Jammer, want we missen daardoor een hoop. Wat ik gisteren aantrof waren allemaal blije mensen. Niet van het geitenwollensokken soort blij (met een verlichte blik en een grote fladderbroek), maar van een heel gewoon soort blij. Blij omdat ze aan anderen konden laten zien wat ze gemaakt hadden. Blij omdat het gewaardeerd werd. Blij omdat ze zojuist iets goddelijk lekkers hadden geproefd of blij omdat ze andere mensen troffen die ze voorheen alleen op twitter waren tegen gekomen.


Van lieverlee werd ik ook blij. Aanvankelijk zat ik nog te rekenen. En ging ik navraag doen of de ingrediënten wel ‘duurzaam’ waren volgens mijn 40-dagen principes. Maar na een paar standjes heb ik dit helemaal laten varen. Tegen zoveel eerlijkheid, plezier in eten en lekker uitgestalde producten kon ik gewoon niet op. Ik vertrouwde er maar op dat het allemaal okay was en heb dus alles geproefd wat ik tegenkwam. Van de frambozen merengues, pasteitjes van snijbiet, courgettes in zoetzuur, peren clafoutis tot eerlijke boerenkaas van de zorgboerderij. Het was een markt zoals een markt kan zijn. Ik had geld, zij hadden eten. En ik vertrouwde erop dat het goed was. Met dit simpele principe kom je volgens mij een heel eind.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten